Zalig mild in Alicante
Nog enkele dagen zin in zon? Sinds kort zijn er vanuit Brussel,
Charleroi, Luik én Oostende rechtstreekse vluchten naar Alicante aan de
Spaanse Costa Blanca. De badplaats, met in de winter zalig milde
temperaturen, heeft zoveel troeven dat je er gerust enkele dagen kan
doorbrengen.
Mooie promenade
De brede en opvallende Esplanada naast Postiguet is een toeristische attractie op zich. De boulevard herbergt 6.600.000 marmeren stenen. Er zijn rode, witte en zwarte steentjes. Die kleurencombinatie laat een aparte indruk na, maar het zijn vooral de hoge palmbomen aan weerskanten van de Esplanada die opvallen. Wij ruilen die eerste dag echter het drukke Postiguet voor het noordwaarts gelegen strand van San Juan. Het is het favoriete strand van de lokale inwoners, maar wordt steeds vaker bevolkt door toeristen. Het brede strand heeft bovendien de beste restaurants. Zelfs 's avonds draaien ze op volle toeren. In Casa Julio, naar verluidt een van Alicantes vijf beste restaurants, laten we de sangria rijkelijk vloeien. Het eten is uitstekend, maar eerlijk is eerlijk: met zo?n droomuitzicht zou zelfs het verorberen van een hotdog een luxe zijn.
Piraten en kanonnen
Vanuit elke hoek van de stad wordt het landschap bepaald door kasteel Santa Barbara en de 166 meter hoge Mount Benacantil waarop het gebouwd is. Vooral 's avonds levert dat, door een sublieme verlichting, een extra mooi beeld op. Het kasteel kent een duizend jaar oude geschiedenis. Het werd talloze malen gebombardeerd, eerst door de Fransen in 1691, bijna honderd jaar later door de Britten. Het bewijs daarvan bevindt zich in de zandstenen muren: enkele kanonskogels zijn er blijven steken. Een bezoek aan dit kasteel loont de moeite. Je kan er 180 graden ronddraaien en zowat de hele stad en zelfs de verderop gelegen steden overschouwen. Dat was eeuwen geleden ook handig om piraten in het snotje te houden. Alicante was immers een stad die vaak werd aangevallen door piraten. Om die reden werden er verderop, in de grotten aan de baai, wachttorens gebouwd.
Stadspark
De stadsarchitecten hebben sinds een paar jaar het kasteel 'gelijmd' aan de stad met een (steil) voetpad dat in feite een park is: Parque de la Ereta, met cactussen, palmbomen en een hip restaurant dat enkel 's weekend de deuren opent. Het pad loopt over in de Santa Cruz-wijk, waar schattige, dicht opeenstaande witte huisjes voor een unieke sfeer zorgen. Vanaf hier gaat het steil naar beneden via verscheidene trappen. De talloze Maria-beelden op en tegen de witte muren zijn restanten van de processie die hier jaarlijks plaatsvindt.
"Dit lijkt misschien het oudste gedeelte van de stad", zegt onze gids, "maar het is het niet. Het is wel het meest typische. Hier komen weinig toeristen, maar veel van de toeristen die er kwamen, zijn hier wel blijven wonen."
Mummies aan het strand
Alicante telt ook enkele musea, zoals het prestigieuze Marq, waar alle archeologische vondsten die in en rond Alicante werden aangetroffen, een onderkomen kregen. Maar ons favoriete museum is van een geheel andere orde. In Museu de Fogueres staat plezier centraal. Sinds 2003 staat het in het teken van Fogueres de Sant Joan, een juni-evenement dat zowat alle inwoners van Alicante op straat brengt. De hoofdingrediënten: muziek, licht, vuurwerk, koninginnen, vuur en... fabelachtige sculpturen van papier maché van tientallen meters hoog, 'Ninots' genaamd. Ludiek zijn ze allemaal, maar de meeste zijn cartooneske personages die niet zouden misstaan in oude Disney-tekenfilms. In het museum staan de miniatuurversies ervan opgesteld, want de grote versies worden verbrand op het evenement zelf.
Shoppingparadijs
In Alicante wordt niet weinig geshopt. The place to be is de omgeving rond de Avenida Maissonave. Typisch is hier de grote keuze in leren schoenen en tassen, en uiteraard barst het van de nougatwinkels. Op talloze winkels, groot en klein, chic of stoffig, prijkt het woord 'turon' op de vitrine. Nougat. Dat mag niet vreemd zijn. Tachtig procent van 's werelds nougatproductie komt van hier. Het moslimverleden van de stad heeft daarmee te maken. De moslims durfden immers als eerste honing, amandelen en suiker combineren.
Palmen in Elche
Wie Alicante bezoekt, combineert dat meestal met daguitstappen naar naburige steden. Op 23 km ligt een van de populairste: Elche. Strandloos, dat wel, maar qua cultuur heeft het een streepje voor op de naburige badsteden. De dood en hemelvaart van de Maagd Maria wordt er sinds de 15de eeuw ononderbroken uitgebeeld in de befaamde Santa Maria basiliek.
Nog mooier is het Palmbomenpark. In Elche bevindt zich de grootste concentratie van palmbomen ter wereld: zo'n 250.000. Het waren de Arabieren die ze destijds planten en een ingenieus irrigatiesysteem ontwierpen aan de hand van greppels die het water naar de palmboomgaarden voerden. Meer dan honderd verschillende soorten zagen op die manier het daglicht. De meest fascinerende staat in het midden van de artistieke tuin Huerto del Cura. De 108 jaar oude rakker telt weliswaar één stam, maar die groeit na een meter plots uit in acht verschillende palmbomen, die zo zwaar zijn geworden dat ze vandaag ondersteuning nodig hebben. Een unicum en ontstaan op geheel natuurlijke wijze.
Naast dit werelderfgoed valt hier nog iets op: schoenen. Terwijl in Alicante nougat de vitrines siert, zijn het hier schoenen in allerlei maten en kleuren die de etalages domineren. Elche kent de grootste schoenenindustrie ter wereld. Meer dan duizend fabrikanten zijn er actief.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten