Met twaalf druiven het nieuwe jaar in
Oudejaarsavond staat voor de deur en waar dat in Nederland gepaard gaat met oliebollen en appelflappen is ‘Nochevieja’ in Spanje synoniem met druiven.
Over hoe het gebruik om tijdens de klokslagen van oudejaarsnacht druiven te eten, is ontstaan, lopen de meningen enigszins uiteen. Doorgaans wordt geopperd dat het gebruik uit het jaar 1909 zou stammen. In dat jaar had het Vinalopógebied ten noorden van Elche, dat tot op de dag van vandaag verantwoordelijk is voor een groot deel van de productie van de zogenaamde tafeldruif, te maken met een zeer overvloedige oogst. De akkerbouwers bleven met zoveel druiven zitten dat ze een promotiecampagne opstartten die de mensen aanzette om het nieuwe jaar te beginnen met champagne en twaalf druiven. Dat zou geluk moeten brengen. De campagne was succesvol en het gebruik vond navolging.
In de stad Madrid was men echter al eerder begonnen met het consumeren van druiven in de laatste nacht van het jaar. Volgens oude documenten was het in de oudejaarsnacht van 1882 dat een groep inwoners van Madrid bijeen kwam op de Puerta del Sol en daar bij de slagen van de klok druiven nuttigden. Ze wilden zich hiermee afzetten af tegen het gebruik van de gegoede burgers om op oudejaarsavond exclusieve feesten te organiseren, waarbij de jaarwisseling werd gevierd door luxueus te eten en daarna te toasten met champagne en druiven. De burgers uit de ‘lagere’ klasse besloten dat zij best hun veel goedkopere eigen feest konden organiseren en togen dus naar het plein dat sinds jaar en dag het centrum van de hoofdstad vormt, de Puerta del Sol.
Hoe snel die gebeurtenis weerklank vond bij het volk, blijkt wel uit een krantenbericht uit 1897 waarin staat. ‘Het is een Madrileense gewoonte om druiven te eten tijdens de taalf slagen die het ene jaar van het andere scheiden’. In 1898 verscheen zelfs een heel artikel in de pers over de gewoonte van wat ‘de wonderbaarlijke druiven’ werd genoemd.
Tot de eeuwwisseling bleef de gewoonte beperkt tot de Puerta del Sol in Madrid maar daarna begon ze zich langzamerhand te verspreiden. Er zijn geschriften gevonden uit 1903 waarin staat dat in Tenerife twaalf druiven werden genuttigd tijdens de overgang naar het nieuwe jaar. Ook andere steden ontdekten in die jaren het nieuwe gebruik. Het was echter in 1909, na de actie van de druivenboeren in Alicante, dat de traditie definitief voet aan de grond kreeg in het grootste deel van Spanje.
En tegenwoordig viert ook een deel van Latijns Amerika de jaarwisseling op deze manier.
Sinds de promotiecampagne van 1909 staan de twaalf druiven bekend als de ‘uvas de la suerte’, de geluksdruiven. Het zou geluk brengen als u erin slaagt om tijdens de twaalf slagen van de klok twaalf druiven naar binnen te werken. Elke slag staat daarbij voor een maand dus als u een druif overslaat betekent dat ongeluk voor die bewuste maand. Het is daarom van groot belang dat de slagen van de klok niet te snel gaan. Enkele jaren geleden ontstond er landelijk enorme ophef omdat de klok op de Puerta del Sol na een grondige restauratie in een veel te hoog tempo haar slagen afwerkte en een heel land zich in de te snel gegeten druiven verslikte. Want het is nog altijd de klok op de Puerta del Sol, het plein waar het allemaal begon in de negentiende eeuw, die de dienst uitmaakt. Op dat plein verzamelen zich op Oudejaarsavond vele duizenden mensen en vanaf die plek wordt de oudejaarsuitzending van de publieke Spaanse omroep uitgezonden.
Het gebruik, dat nu dus al ruim een eeuw bestaat en dat niets aan populariteit heeft ingeboet, zorgt ervoor dat een hele streek in de provincie Alicante, het al eerder genoemde Vinalopó-gebied, goed verdient aan de tafeldruif. Er is namelijk een groot verschil tussen de druif die gebruikt wordt om wijn van te maken en de druif die als vrucht genuttigd wordt.
Druiven die bedoeld zijn voor consumptie moeten heel andere eigenschappen hebben dan druiven die bedoeld zijn voor wijn. Bij druiven voor de consumptie wordt gelet op een lage zuurgraad, weinig suiker en vooral een groot en rond formaat. Ook moeten ze stevig zijn en tegen een stootje kunnen in het transport. Voor druiven die gebruikt worden om rozijnen van te maken, is het belangrijk dat ze weinig of geen pitten hebben en juist wel veel suiker. De druiven die voor wijn gebruikt worden, hebben een relatief hoge zuurgraad en een gemiddeld aantal suikers.Een andere factor is dat druiven eigenlijk in september al geoogst kunnen worden en het dus de kunst is om ervoor te zorgen dat ze in december nog steeds vers en smakelijk zijn. Om dat te bereiken heeft men in het Vinalopógebied een originele methode bedacht. In de zomer, als de druiventrossen zich beginnen te vormen, wordt er een zak van een speciale papiersoort over de tros gehangen. Binnen in die zak groeit de tros verder. De zak beschermt de druiven tegen insecten en extreme weersomstandigheden en bovendien vertraagt ze de rijping. Daardoor zijn de vruchten in december op hun hoogtepunt en zijn ze ook extra gaaf en smakelijk. De zak zorgt er bovendien voor dat de schil van de druif minder hard is en ze dus gemakkelijker doorgeslikt kan worden. De ‘Uva de mesa Vinalopó’ heeft zich in de afgelopen eeuw ontpopt tot één van de bekendste druivensoorten van Spanje en ze wordt ook veel naar het buitenland geëxporteerd. Samen met de granaatappel is het eigenlijk de laatste jaren in de provincie Alicante de enige vrucht die nog echt rendabel is om te verbouwen.
Want afgezien van de laatste week van het jaar, als er een run plaatsvindt op witte tafeldruiven, verkoopt de druif uit het Vinalopó-gebied in de hele periode tussen september en januari goed. De mens weet namelijk al eeuwen dat het eten van druiven gezond is: de vrucht bevat een groot aantal anti-oxidanten en is bij uitstek geschikt voor ontgiftingsdiëten van het lichaam. Bovendien werkt ze gunstig bij reumatische aandoeningen en om de bloedsomloop te bevorderen.
Als u er dus aanstaande zaterdagavond toe besluit om net als de Spanjaarden met twaalf druiven het nieuwe jaar in te luiden, brengt dat niet alleen mogelijk geluk maar is dat ook nog eens gezond!Ik wens u allen een gelukkig nieuw jaar!
Door: Bea Lutje Schipholt
.
Sinds de promotiecampagne van 1909 staan de twaalf druiven bekend als de ‘uvas de la suerte’, de geluksdruiven. Het zou geluk brengen als u erin slaagt om tijdens de twaalf slagen van de klok twaalf druiven naar binnen te werken. Elke slag staat daarbij voor een maand dus als u een druif overslaat betekent dat ongeluk voor die bewuste maand. Het is daarom van groot belang dat de slagen van de klok niet te snel gaan. Enkele jaren geleden ontstond er landelijk enorme ophef omdat de klok op de Puerta del Sol na een grondige restauratie in een veel te hoog tempo haar slagen afwerkte en een heel land zich in de te snel gegeten druiven verslikte. Want het is nog altijd de klok op de Puerta del Sol, het plein waar het allemaal begon in de negentiende eeuw, die de dienst uitmaakt. Op dat plein verzamelen zich op Oudejaarsavond vele duizenden mensen en vanaf die plek wordt de oudejaarsuitzending van de publieke Spaanse omroep uitgezonden.
Het gebruik, dat nu dus al ruim een eeuw bestaat en dat niets aan populariteit heeft ingeboet, zorgt ervoor dat een hele streek in de provincie Alicante, het al eerder genoemde Vinalopó-gebied, goed verdient aan de tafeldruif. Er is namelijk een groot verschil tussen de druif die gebruikt wordt om wijn van te maken en de druif die als vrucht genuttigd wordt.
Druiven die bedoeld zijn voor consumptie moeten heel andere eigenschappen hebben dan druiven die bedoeld zijn voor wijn. Bij druiven voor de consumptie wordt gelet op een lage zuurgraad, weinig suiker en vooral een groot en rond formaat. Ook moeten ze stevig zijn en tegen een stootje kunnen in het transport. Voor druiven die gebruikt worden om rozijnen van te maken, is het belangrijk dat ze weinig of geen pitten hebben en juist wel veel suiker. De druiven die voor wijn gebruikt worden, hebben een relatief hoge zuurgraad en een gemiddeld aantal suikers.Een andere factor is dat druiven eigenlijk in september al geoogst kunnen worden en het dus de kunst is om ervoor te zorgen dat ze in december nog steeds vers en smakelijk zijn. Om dat te bereiken heeft men in het Vinalopógebied een originele methode bedacht. In de zomer, als de druiventrossen zich beginnen te vormen, wordt er een zak van een speciale papiersoort over de tros gehangen. Binnen in die zak groeit de tros verder. De zak beschermt de druiven tegen insecten en extreme weersomstandigheden en bovendien vertraagt ze de rijping. Daardoor zijn de vruchten in december op hun hoogtepunt en zijn ze ook extra gaaf en smakelijk. De zak zorgt er bovendien voor dat de schil van de druif minder hard is en ze dus gemakkelijker doorgeslikt kan worden. De ‘Uva de mesa Vinalopó’ heeft zich in de afgelopen eeuw ontpopt tot één van de bekendste druivensoorten van Spanje en ze wordt ook veel naar het buitenland geëxporteerd. Samen met de granaatappel is het eigenlijk de laatste jaren in de provincie Alicante de enige vrucht die nog echt rendabel is om te verbouwen.
Want afgezien van de laatste week van het jaar, als er een run plaatsvindt op witte tafeldruiven, verkoopt de druif uit het Vinalopó-gebied in de hele periode tussen september en januari goed. De mens weet namelijk al eeuwen dat het eten van druiven gezond is: de vrucht bevat een groot aantal anti-oxidanten en is bij uitstek geschikt voor ontgiftingsdiëten van het lichaam. Bovendien werkt ze gunstig bij reumatische aandoeningen en om de bloedsomloop te bevorderen.
Als u er dus aanstaande zaterdagavond toe besluit om net als de Spanjaarden met twaalf druiven het nieuwe jaar in te luiden, brengt dat niet alleen mogelijk geluk maar is dat ook nog eens gezond!Ik wens u allen een gelukkig nieuw jaar!
Door: Bea Lutje Schipholt
.